Je loog tegen mij

Harry Slinger:
Toen ik thuis kwam was jouw deur voor mij op slot

En je deed of je niets had gehoord
Nu zeg je m'n lief het slot was kapot
Nu zeg je kom binnen loop door
Maar ik ben nu bang dat ik stoor

Je loog tegen mij, alsof ik een kind was
Geloof dat je dacht dat ik helemaal blind was
Zeg schat, denk je dat je me aan kan
Zeg schat, je bent heel wat van plan dan

Tante Leen:
Toen ik thuis kwam, kwam jij opeens uit de kast
En je zei: d'r is niks aan te doen
Getrouwd zijn met jou, dat voelt ongepast
En nu geef je die kerel een zoen
Je bent zeker vergeten van toen

Tante Leen en Harry Slinger:
Je loog tegen mij, alsof ik een kind was
Geloof dat je dacht dat ik helemaal blind was
Zeg schat, denk je dat je me aan kan
Zeg schat, je bent heel wat van plan dan

Harry Slinger:
Ooooh, ik ben nu mezelf niet

Ik heb last van verdriet
Maar ik zeg, dat ik toch van je hou
Tante Leen: 
Jij zegt je bent toch nog m'n vrouw
Maar je liet me mooi staan in de kou (bedankt hè)

Toen ik thuis kwam, was er geen plaats meer in ons bed
En je zei: (Harry Slinger:) ach slaap je op de bank (Tante Leen: ach, slaap zelf op de bank!)
Nu heb je je vriend uit je kamer gezet
En mix je m'n lievelingsdrank
Maar ik denk dat ik dit keer bedank
Bekijk het maar...

Tante Leen en Harry Slinger:
Je loog tegen mij, alsof ik een kind was
Geloof dat je dacht dat ik helemaal blind was
Zeg schat, denk je dat je me aan kan
Zeg schat, je bent heel wat van plan dan

Je loog tegen mij, alsof ik een kind was
Geloof dat je dacht dat ik helemaal blind was
Zeg schat, denk je dat je me aan kan
Zeg schat, je bent heel wat van plan dan
Van plan dan, van plan dan, van plan dan.
Harry Slinger: Wat ben je nou van plan?
Tante Leen: Wat ben je nou van plan?